-
1 iemand botweg de waarheid zeggen
iemand botweg de waarheid zeggendire crûment la vérité à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand botweg de waarheid zeggen
-
2 iemand brutaalweg de waarheid zeggen
iemand brutaalweg de waarheid zeggendire ses quatre vérités à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand brutaalweg de waarheid zeggen
-
3 iemand ferm de waarheid zeggen
iemand ferm de waarheid zeggendire ses quatre vérités à qn. -
4 iemand flink de waarheid zeggen
iemand flink de waarheid zeggendire à qn. ses quatre véritésDeens-Russisch woordenboek > iemand flink de waarheid zeggen
-
5 iemand ongezouten de waarheid zeggen
iemand ongezouten de waarheid zeggendire ses quatre vérités à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand ongezouten de waarheid zeggen
-
6 iemand onomwonden de waarheid zeggen
iemand onomwonden de waarheid zeggendire ses quatre vérités à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand onomwonden de waarheid zeggen
-
7 iemand onverbloemd de waarheid zeggen
iemand onverbloemd de waarheid zeggendire à qn. ses quatre véritésDeens-Russisch woordenboek > iemand onverbloemd de waarheid zeggen
-
8 iemand onverkort de waarheid zeggen
iemand onverkort de waarheid zeggenne rien cacher à qn.; 〈 onomwonden〉 dire son fait à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand onverkort de waarheid zeggen
-
9 iemand openlijk de waarheid zeggen
iemand openlijk de waarheid zeggendire la franche vérité à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand openlijk de waarheid zeggen
-
10 iemand vierkant de waarheid zeggen
iemand vierkant de waarheid zeggendire carrément la vérité à qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand vierkant de waarheid zeggen
-
11 (iemand) onverbloemd de waarheid zeggen
(iemand) onverbloemd de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > (iemand) onverbloemd de waarheid zeggen
-
12 iemand brutaalweg de waarheid zeggen
iemand brutaalweg de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand brutaalweg de waarheid zeggen
-
13 iemand ferm de waarheid zeggen
iemand ferm de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand ferm de waarheid zeggen
-
14 iemand flinkweg de waarheid zeggen
iemand flinkweg de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand flinkweg de waarheid zeggen
-
15 iemand ongegeneerd de waarheid zeggen
iemand ongegeneerd de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand ongegeneerd de waarheid zeggen
-
16 iemand ongezouten de waarheid zeggen
iemand ongezouten de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand ongezouten de waarheid zeggen
-
17 iemand onomwonden de waarheid zeggen
iemand onomwonden de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand onomwonden de waarheid zeggen
-
18 iemand openlijk de waarheid zeggen
iemand openlijk de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand openlijk de waarheid zeggen
-
19 iemand ronduit de waarheid zeggen
iemand ronduit de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand ronduit de waarheid zeggen
-
20 iemand terdege de waarheid zeggen
iemand terdege de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand terdege de waarheid zeggen
См. также в других словарях:
Wahrheit — 1. A Wiard klinkt üs an Klaak. (Nordfries.) – Lappenkorb; Firmenich, III, 6, 94. Die Wahrheit klingt wie eine Glocke. Sinn: Sie ist so sicher erkennbar und vernehmbar, wie eine Glocke. Wenn man eine Glocke hört, weiss man sogleich, dass es eine… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Kind — 1. Ach, dass ich meine armen Kinder so geschlagen, klagte der Bauer, und sie waren des Pfaffen. – Eiselein, 375. 2. Alle Kinder werden mit Weinen geboren. Lat.: Clamabunt E et A quotquot nascuntur ab Eva. (Binder I, 193; II, 497; Seybold, 77.) 3 … Deutsches Sprichwörter-Lexikon